Ruud Barth
SAIA Agrobotics
SAIA’s innovatie in de glastuinbouw: ‘We halen de plant naar de robot’
In de autonome kas van SAIA worden de planten naar de robots gebracht
De tomatenkas van SAIA Agrobotics op het terrein van het World Food Center in Ede
De robots in de koele verwerkingshal doen efficiënt hun werk: bladeren plukken en tomaten oogsten.
Jungle
Een innovatief idee klinkt vaak veelbelovend, maar in de praktijk blijkt het niet altijd even efficiënt te zijn. Zo had SAIA de eerste mobiele robot die paprika’s kon oogsten, maar besloot het bedrijf ook als eerste om van dit concept af te stappen. Het idee – waarbij de robot zich door de ‘jungle’ van planten moest worstelen – bleek minder efficiënt dan gedacht. ‘De planten stonden te dicht op elkaar en de robot had nauwelijks ruimte en zicht op wat hij moest oogsten. Niet zo interessant als business case,’ vertelt Barth. Daarom draaide SAIA het om: net als in de auto-industrie, waar onderdelen één voor één langs robots komen, brengen ze nu niet de robot naar de plant, maar de plant naar de robot. ‘Zo kunnen we helemaal om de plant heen kijken.’ Die aanpak werkt en SAIA focust zich nu volledig op tomaten, de grootste markt in de glastuinbouw.
Algoritmes
SAIA kent een lange aanloop. Ruim twintig jaar geleden zette medeoprichter Bart van Tuijl de eerste stappen bij Wageningen University & Research (WUR) met een komkommeroogstrobot. In 2012 voegde Ruud Barth, met een achtergrond in kunstmatige intelligentie, zich bij het onderzoek. Hij stortte zich op het ontwikkelen van algoritmes voor beeldherkenning, zodat de robots wisten wat ze moesten plukken. Toen de technologie volwassen werd, besloten Bart en Ruud dat het tijd werd om de markt op te gaan. ‘Na twintig jaar sleutelen denk je: dit is klaar voor de markt, wat nu? Iemand moest er een bedrijf omheen bouwen en wij waren ondernemend genoeg om dat te doen,’ zegt Ruud. Met Barts expertise in mechanisch ontwerp en Ruuds AI-kennis bleek het duo een perfecte match: SAIA werd geboren. De naam SAIA is een knipoog naar Ruuds proefschrift: Sowing Artificial Intelligence in Agriculture. ‘We zaaien als het ware AI in de glastuinbouw,’ voegt hij toe.
Wie wel eens op het terrein van het World Food Center in Ede is geweest, heeft vast de kas van SAIA Agrobotics zien staan. Hierin groeien tomatenplanten die niet stil blijven staan, maar via een railsysteem naar de robots worden gebracht. In de verwerkingshal is het aangenaam koel terwijl robots efficiënt hun werk doen: bladeren plukken en tomaten oogsten. SAIA, opgericht in 2019 als tech spin-off van Wageningen University & Research (WUR), ziet deze autonome kassen als dé oplossing voor de te nemen hobbels in de glastuinbouw. Met robotica en kunstmatige intelligentie automatiseert de startup het arbeidsintensieve werk, zodat telers zich kunnen bezighouden met wat hun hart heeft: het optimaal produceren van vers voedsel – overal ter wereld.
Uitvliegen
SAIA hoopt volgend jaar de stap te zetten naar hun eerste echte klant. ‘1000 vierkante meter klinkt groot, maar in de glastuinbouw is 100.000 vierkante meter normaal voor een kas. Daar willen we graag stapsgewijs naartoe groeien,’ vertelt Barth. Het verschil tussen een kleine en een grote kas zit niet zozeer in de techniek maar in de schaal: ‘Het is net als bij IKEA,’ lacht Barth. ‘Je moet een kastje duizenden keren open en dicht doen om te weten of het werkt. Dat kun je in een kleine kas niet testen, daarvoor heb je een grote kas nodig.’ Barth verheugt zich op de volgende fase: ‘Het écht laten uitvliegen van ons product, daar kijk ik enorm naar uit.’
Investeringen
Zo'n innovatief concept vereist natuurlijk de nodige financiering. In de beginfase kwam er geld uit verschillende hoeken, zoals een innovatielening van Rabobank en groeivouchers via OostNL. Later investeerden SHIFT Invest, Innovation Industries en Oost NL (via ION+). Dit gaf SAIA anderhalf jaar de tijd om de planttechnologie verder te ontwikkelen. ‘We zijn een robotbedrijf, maar we moesten eerst twee stappen terugzetten om de plant mobiel te krijgen,’ vertelt Barth. ‘Normaal wordt zo'n plant dertig meter lang, die verplaats je niet zomaar.’ Toen dit lukte, stapten Navus Ventures en OostNL in als seed-investeerders. En als kers op de taart ontving SAIA in 2022 de prestigieuze EIC Accelerator-subsidie van 2,5 miljoen euro.
Fabriek
SAIA begon in de ‘Wageningse kassen’ van Unifarm. ‘We huurden daar een kas van 100 vierkante meter, maar al snel groeiden we eruit,’ vertelt Barth. De sprong naar het World Food Center in Ede volgde, waar nu een demofabriek van 1000 vierkante meter staat. Een primeur, maar het bouwen van de kas was niet zonder uitdagingen: ‘We moesten de kas in een half jaar stikstofvrij uit de grond zien te krijgen, wat lastig was door de netcongestie,’ legt Barth uit. ‘Maar gelukkig kregen we veel steun van gemeente Ede.’ De kas staat er nu, al is het tijdelijk – over vijf jaar moet SAIA ruimte maken voor nieuwe projecten. Intussen draaien de planten dagelijks hun rondes door de demofabriek, waar kinderziektes worden aangepakt en innovaties getest. ‘Het kost veel draaiuren om robuust te worden, en daarvoor heb je je eigen kas en team nodig.’ Inmiddels bestaat het team uit 15 medewerkers, en SAIA blijft groeien.
Pasfoto
De planten van SAIA gaan wekelijks door een soort ‘pasfotohokje’, wat een schat aan data oplevert. ‘We zien elke plant voorbijkomen en kunnen precies bijhouden wat we eerder zagen, en zelfs voorspellen wat we gaan zien,’ vertelt Barth. Of een plant ‘happy’ is, zie je aan signalen zoals de dikte van de stam, het bladoppervlak en het aantal vruchten. ‘Vroeger moest je in die ‘jungle’ van planten gaan kijken en had je geen idee wat er aan de hand was, want een week later zag de plant er weer heel anders uit. Nu weten we precies welke planten het fantastisch doen, en waarom. Dat is een enorme stap vooruit.’
Autonome kas
Deze innovatie is te zien in Ede, waar een geautomatiseerde tomatenfabriek op volle toeren draait. ‘Het gaat niet meer alleen om de robot, maar om een volledig systeem: een autonome kas,’ legt Barth uit. De robot speelt nog steeds een belangrijke rol, maar is onderdeel van het systeem. In de kas zijn de planten mobiel: ze hangen aan een rails en bewegen soepel van de hete kas naar een koele verwerkingshal. Hier komt de AI in actie. ‘Camera’s scannen de plant en beoordelen of hij klaar is voor de oogst. De robot ‘overlegt’ met het scanstation: moet er iets gebeuren? Zo ja, dan snijdt hij wat bladeren af of oogst een tros tomaten,’ vertelt Barth. Hierna worden de laatste gewashandelingen, zoals het verwijderen van zijscheuten, handmatig uitgevoerd. Het resultaat? Een arbeidsbesparing van maar liefst 50 procent.
Elke dag verse groenten op je bord is een groot goed, maar geen vanzelfsprekendheid. Want achter die sappige tomaten en frisse komkommers gaat een wereld schuil van warme, vochtige kassen en zwaar werk. Steeds minder mensen willen dit werk doen terwijl de vraag naar vers voedsel toeneemt. De van oorsprong Wageningse startup SAIA Agrobotics speelt in op deze uitdaging met slimme robots, die het werk niet alleen lichter, maar ook efficiënter maken. CEO en medeoprichter Ruud Barth verklapt de clou: ‘We sturen onze robot niet de ‘jungle’ in, maar we halen de plant juist naar de robot.’
Ruud Barth
SAIA Agrobotics
SAIA’s innovatie in de glastuinbouw: ‘We halen de plant naar de robot’
In de autonome kas van SAIA worden de planten naar de robots gebracht
Uitvliegen
SAIA hoopt volgend jaar de stap te zetten naar hun eerste echte klant. ‘1000 vierkante meter klinkt groot, maar in de glastuinbouw is 100.000 vierkante meter normaal voor een kas. Daar willen we graag stapsgewijs naartoe groeien,’ vertelt Barth. Het verschil tussen een kleine en een grote kas zit niet zozeer in de techniek maar in de schaal: ‘Het is net als bij IKEA,’ lacht Barth. ‘Je moet een kastje duizenden keren open en dicht doen om te weten of het werkt. Dat kun je in een kleine kas niet testen, daarvoor heb je een grote kas nodig.’ Barth verheugt zich op de volgende fase: ‘Het écht laten uitvliegen van ons product, daar kijk ik enorm naar uit.’
De tomatenkas van SAIA Agrobotics op het terrein van het World Food Center in Ede
Fabriek
SAIA begon in de ‘Wageningse kassen’ van Unifarm. ‘We huurden daar een kas van 100 vierkante meter, maar al snel groeiden we eruit,’ vertelt Barth. De sprong naar het World Food Center in Ede volgde, waar nu een demofabriek van 1000 vierkante meter staat. Een primeur, maar het bouwen van de kas was niet zonder uitdagingen: ‘We moesten de kas in een half jaar stikstofvrij uit de grond zien te krijgen, wat lastig was door de netcongestie,’ legt Barth uit. ‘Maar gelukkig kregen we veel steun van gemeente Ede.’ De kas staat er nu, al is het tijdelijk – over vijf jaar moet SAIA ruimte maken voor nieuwe projecten. Intussen draaien de planten dagelijks hun rondes door de demofabriek, waar kinderziektes worden aangepakt en innovaties getest. ‘Het kost veel draaiuren om robuust te worden, en daarvoor heb je je eigen kas en team nodig.’ Inmiddels bestaat het team uit 15 medewerkers, en SAIA blijft groeien.
Investeringen
Zo'n innovatief concept vereist natuurlijk de nodige financiering. In de beginfase kwam er geld uit verschillende hoeken, zoals een innovatielening van Rabobank en groeivouchers via OostNL. Later investeerden SHIFT Invest, Innovation Industries en Oost NL (via ION+). Dit gaf SAIA anderhalf jaar de tijd om de planttechnologie verder te ontwikkelen. ‘We zijn een robotbedrijf, maar we moesten eerst twee stappen terugzetten om de plant mobiel te krijgen,’ vertelt Barth. ‘Normaal wordt zo'n plant dertig meter lang, die verplaats je niet zomaar.’ Toen dit lukte, stapten Navus Ventures en OostNL in als seed-investeerders. En als kers op de taart ontving SAIA in 2022 de prestigieuze EIC Accelerator-subsidie van 2,5 miljoen euro.
Algoritmes
SAIA kent een lange aanloop. Ruim twintig jaar geleden zette medeoprichter Bart van Tuijl de eerste stappen bij Wageningen University & Research (WUR) met een komkommeroogstrobot. In 2012 voegde Ruud Barth, met een achtergrond in kunstmatige intelligentie, zich bij het onderzoek. Hij stortte zich op het ontwikkelen van algoritmes voor beeldherkenning, zodat de robots wisten wat ze moesten plukken. Toen de technologie volwassen werd, besloten Bart en Ruud dat het tijd werd om de markt op te gaan. ‘Na twintig jaar sleutelen denk je: dit is klaar voor de markt, wat nu? Iemand moest er een bedrijf omheen bouwen en wij waren ondernemend genoeg om dat te doen,’ zegt Ruud. Met Barts expertise in mechanisch ontwerp en Ruuds AI-kennis bleek het duo een perfecte match: SAIA werd geboren. De naam SAIA is een knipoog naar Ruuds proefschrift: Sowing Artificial Intelligence in Agriculture. ‘We zaaien als het ware AI in de glastuinbouw,’ voegt hij toe.
Jungle
Een innovatief idee klinkt vaak veelbelovend, maar in de praktijk blijkt het niet altijd even efficiënt te zijn. Zo had SAIA de eerste mobiele robot die paprika’s kon oogsten, maar besloot het bedrijf ook als eerste om van dit concept af te stappen. Het idee – waarbij de robot zich door de ‘jungle’ van planten moest worstelen – bleek minder efficiënt dan gedacht. ‘De planten stonden te dicht op elkaar en de robot had nauwelijks ruimte en zicht op wat hij moest oogsten. Niet zo interessant als business case,’ vertelt Barth. Daarom draaide SAIA het om: net als in de auto-industrie, waar onderdelen één voor één langs robots komen, brengen ze nu niet de robot naar de plant, maar de plant naar de robot. ‘Zo kunnen we helemaal om de plant heen kijken.’ Die aanpak werkt en SAIA focust zich nu volledig op tomaten, de grootste markt in de glastuinbouw.
De robots in de koele verwerkingshal doen efficiënt hun werk: bladeren plukken en tomaten oogsten.
Autonome kas
Deze innovatie is te zien in Ede, waar een geautomatiseerde tomatenfabriek op volle toeren draait. ‘Het gaat niet meer alleen om de robot, maar om een volledig systeem: een autonome kas,’ legt Barth uit. De robot speelt nog steeds een belangrijke rol, maar is onderdeel van het systeem. In de kas zijn de planten mobiel: ze hangen aan een rails en bewegen soepel van de hete kas naar een koele verwerkingshal. Hier komt de AI in actie. ‘Camera’s scannen de plant en beoordelen of hij klaar is voor de oogst. De robot ‘overlegt’ met het scanstation: moet er iets gebeuren? Zo ja, dan snijdt hij wat bladeren af of oogst een tros tomaten,’ vertelt Barth. Hierna worden de laatste gewashandelingen, zoals het verwijderen van zijscheuten, handmatig uitgevoerd. Het resultaat? Een arbeidsbesparing van maar liefst 50 procent.
Wie wel eens op het terrein van het World Food Center in Ede is geweest, heeft vast de kas van SAIA Agrobotics zien staan. Hierin groeien tomatenplanten die niet stil blijven staan, maar via een railsysteem naar de robots worden gebracht. In de verwerkingshal is het aangenaam koel terwijl robots efficiënt hun werk doen: bladeren plukken en tomaten oogsten. SAIA, opgericht in 2019 als tech spin-off van Wageningen University & Research (WUR), ziet deze autonome kassen als dé oplossing voor de te nemen hobbels in de glastuinbouw. Met robotica en kunstmatige intelligentie automatiseert de startup het arbeidsintensieve werk, zodat telers zich kunnen bezighouden met wat hun hart heeft: het optimaal produceren van vers voedsel – overal ter wereld.
Elke dag verse groenten op je bord is een groot goed, maar geen vanzelfsprekendheid. Want achter die sappige tomaten en frisse komkommers gaat een wereld schuil van warme, vochtige kassen en zwaar werk. Steeds minder mensen willen dit werk doen terwijl de vraag naar vers voedsel toeneemt. De van oorsprong Wageningse startup SAIA Agrobotics speelt in op deze uitdaging met slimme robots, die het werk niet alleen lichter, maar ook efficiënter maken. CEO en medeoprichter Ruud Barth verklapt de clou: ‘We sturen onze robot niet de ‘jungle’ in, maar we halen de plant juist naar de robot.’
Pasfoto
De planten van SAIA gaan wekelijks door een soort ‘pasfotohokje’, wat een schat aan data oplevert. ‘We zien elke plant voorbijkomen en kunnen precies bijhouden wat we eerder zagen, en zelfs voorspellen wat we gaan zien,’ vertelt Barth. Of een plant ‘happy’ is, zie je aan signalen zoals de dikte van de stam, het bladoppervlak en het aantal vruchten. ‘Vroeger moest je in die ‘jungle’ van planten gaan kijken en had je geen idee wat er aan de hand was, want een week later zag de plant er weer heel anders uit. Nu weten we precies welke planten het fantastisch doen, en waarom. Dat is een enorme stap vooruit.’